maandag 9 september 2013

Dag 18: zaterdag 3 augustus 2013, Haines Junction - Tok

Vandaag weer een reisdag om vanuit Canada weer terug in Alaska te komen. Voordat we weggaan willen we nog even de bekendste foto-objecten van Haines Junction bekijken en er natuurlijk een foto van maken. Het eerste is een namaakberg (de bevolking noemt het The Muffin) met een mannetje met verrekijker en verschillende dierenfiguren. Het is een beetje een karikaturale vertoning en het zou op een Brabantse carnavalswagen met vastenavond niet misstaan.
Het tweede is een klein katholiek kerkje Our Lady of the Way, dat in 1943 gebouwd is door een priester die in de tijd dat de Alaska highway werd aangelegd, vond dat ook het woord moest worden verkondigd. Hij hergebruikte een Amerikaanse legerbarak, een metalen half pipe, waarin het kerkje werd ondergebracht. Tot op de dag van vandaag is het kerkje in gebruik.
Dat de weg vooral bedoeld is geweest om snel troepen te kunnen verplaatsen kun je aan alles merken. Er zijn slechts twee mini dorpen onderweg en er zijn geen pogingen gedaan om onderweg iets aan sightseeing te doen, geen trails, geen foto-punten en zo goed als geen parkeerplaatsen. Op de hele weg van een paar 100 kilometer lang zelfs maar 1 geocache! Afzien hoor.
Dus wat je doet is dat je van stopplaats naar stopplaats rijdt en omdat iedereen dat doet is de kans groot dat je tijdens je reis steeds dezelfde mensen tegenkomt. De stopplaatsen kenmerken zich door een benzinepomp met daarbij een souvenirshop en restaurant/cafe. Er staan ook nog wat huizen in de omgeving, waarvan een deel onbewoond is en waarbij vaak ook de auto is achtergelaten. Verzamelaars en restaurateurs van classic cars kunnen hier kun hart ophalen. Ieder ander doet er goed aan om om de kilometers te maken en de pot holes in de weg te blijven ontwijken. Door de vorst heeft de weg flink te lijden en vallen er gaten van soms een halve meter doorsnee in. Het vraagt enige stuurmanskunst om de ergste gaten te ontwijken en lekke banden te voorkomen.
We stoppen nog heel even bij het wegrestaurant van Pete en Dorothe. Vorig jaar stopten we er even voor een kop koffie om een bejaard stel aan te treffen dat tussen de prullaria, waarvan we dachten dat ze daar langzaam wegkwijnden. Als wij er nu stoppen, stop er ook een pick-up bij de pomp en komt Pete naar buiten schuifelen om de pomp te bedienen. Er staan nog wat auto's en het lijkt erop dat onze inschattingen onjuist waren. We rijden gerustgesteld verder.
Dichter bij de grens komen we grote groepen wielrenners tegen, met op hun shirt de tekst Texas 3000 en Livestrong. Ze rijden een rit om geld in te zamelen voor kankeronderzoek. Bij Beaver Creek bij de grens hebben ze blijkbaar een stopplaats. We komen ze tegen bij het bezinestation, annex winkel, wasserij en campingreceptie. De koffie is gratis, donaties zijn welkom. En dan op naar de grens en even over het lastigste stukje weg van onze rit. Hier zitten niet alleen gaten in het wegdek, het wegdek golft hier ook nog als een kermisattractie heen en weer en op en neer. Er wordt aan de weg gewerkt, maar voorlopig zal dit stukje achtbaan nog wel even bestaan.
Bij de grens hebben we geluk, de immigratieambtenaren zijn soepel en vlot. Ze wensen ons zelfs een prettige voortzetting van onze reis. En zo zijn we terug in de US. Snel even tanken, 40 dollarcent per gallon duurder dan in het volgende dorp, maar stukken goedkoper dan in Canada. Nog een korte stop bij een stel sierlijke trompetterzwanen met jongen en rijden maar weer. Als een volleerd rally-duo wisselen we af achter het stuur en tegen 18:30 arriveren we weer in Tok, waar we vorige week ook doorheen kwamen. In Alaska ontkom je er niet aan om soms dezelfde weg te nemen; zoveel wegen zijn er niet. We slapen opnieuw bij Fast Eddy en eten er weer. Als we niet uitkijken worden we stamgasten.
Het internet is weer wat beter dan andere dagen, maar we merken hoe lastig het is om bij dit soort omstandigheden foto's bij de verslagen te plaatsen. Komt hopelijk de komende dagen in Fairbanks weer goed.
Reageer hier